home  mail  inspirerend  kenmerkend  beeldbepalend  grensverleggend prikbord

home

Nepal 1/2

   
 

(05/12/99)

Happa Lappa Chappa

In het pikdonker lopen we voorzichtig de berg op. Met zijn vieren delen we twee zaklampjes. Het is koud, mistig en op veel plaatsen ligt er ijs op de grond. We moeten oppassen om niet te vallen en de weg naar boven niet kwijt te raken. Gekkenwerk is het weer. Maar op de top van de heuvel gekomen, heerst er een serene rust. We genieten van de sterren en van de langzaam glorende dageraad.

De activiteiten hier in Nepal volgen elkaar in hoog tempo op. De drukke straten van Kathmandu eerst ingeruild voor de stroomversnellingen van de Kali Gandaki rivier en meteen daarna richting de bergen van de Annapura Himalaya range.

Big Brother is coming
Het raftingteam straalt een en al energie enenthousiasme uit. Hoewel ze bijna alles voor ons regelen, helpen we wel mee met het optuigen van de boten. Op de plaats waar we de Kali Gandaki op gaan, ziet het water er heel rustig uit. Maar het gerucht gaat dat al direct in het begin de gevaarlijkste stroomversnellingen zitten. De intsructie is kort, de commando's varieren tussen "all forward", "left back" en "hold on". Dat laatste commando horen we niet vaak, maar zal ik het meest in praktijk brengen. Op het eerste strandje wordt al weer aangelegd: stroomversnelling-inspectie. We moeten allemaal mee om vanaf de kant te kijken hoe de stroomversnelling stroomt en hoe de boot zich daarin zal gedragen. Er wordt meteen van de gelegenheid gebruik gemaakt om wat extra lucht in onze boot te pompen.... Voor we het in de gaten hebben, zitten we middenin de bruisende kolken van 'Big Brother'. "All forward" hoor ik nog roepen, maar ik kan met mijn peddel niet eens meer bij het water komen, zo diep kolkt het water weg. Vasthouden dus aan de touwen, gillen, mijn ogen puilen uit. Plotseling is het dan weer rustig. Heel even maar, want meteen volgt 'Small Brother', er is deze keer geen plaats om aan te leggen. Zelfde procedure en heel veel koud water. Zo, de vuurdoop hebben we gehad.

De Rapidkillers
Bibberend stappen we een paar uur later uit de boot. We kamperen op een idylisch strandje naast de rivier. Alle kleding hangt te drogen in de laatste zonnestralen. Helaas is de rivierkloof zo stijl en diep, dat we niet tot heel laat van de zon kunnen genieten. Er wordt thee gezet en verse popcorn gemaakt, terwijl het kamp wordt klaargemaakt. Ze gaan hier heel bewust met het milieu om, dus er is geen flessewater meegenomen. Het water wordt of gekookt of met iodine behandeld (hmm). Ook is het niet de bedoeling dat je zomaar overal je behoefte doet. Er wordt een gat gegraven met een provisorisch tentje eromheen. Als de helm op de roeispaan hangt, dan is de plee bezet. Toch neemt niet iedereen de moeit om 's nachts ook naar de toilettent te gaan, veel te bang om in het donker in het gat te stappen. Ons team, de Rapidkillers, raakt goed op elkaar ingespeeld. Het ritme wordt aangegeven met luide kreten: 'Happa Lappa Chappa'. Wij zingen dat na en peddelen fanatiek door. Pas op het einde van de raftingtour krijgen wij te horen wat we telkens keihard over het water hebben geschalt: Eten, sexen, slapen. Eten, sexen, slapen. Geen wonder dat onze raftingcrew zo'n plezier had.

Kaart vol hoogtelijnen
Slechts één dag uitrusten in de tuin van ons hotel in Pokhara en dan staan we al weer klaar voor het volgende avontuur. We gaan een trekking maken langs de bergen van de Annapurna range. De raftingcrew verblijft in hetzelfde hotel als wij en we regelen het zo dat we met hun bus kunnen meerijden naar ons startpunt. Bij Nayapul gaan we uit de bus en de raftingcrew neemt uitgebreid afscheid van ons met een luid 'happa lappa chappa'. De nieuwe groep rafters kijkt toe, het lijkt wel of we hier vrienden hebben! We komen wat aarzelend op gang, moeten een paar keer de weg vragen en we zijn nog niet zo heel handig met onze kaart. Maar we zijn op weg. Knalgele akkers waar met de hand geoogst wordt, de rivier in de diepte en hoge bergen rijzen voor ons uit. Opluchting als we tegen het donker de toegangspoort van Ghandrung bereiken. Helaas staat er dan nog een gemeen hoogtelijntje op de kaart; 100 meter stijgen naar het centrum van het dorp! De volgende dagen zien we steeds wisselende landschappen. Akkers maken plaats voor bos, bos wordt dichte broeierige jungle en dan staan we opeens op een open bergkam. Op de meest onverwachte momenten hebben we een fantastisch uitzicht op de witte pieken van de Annapurna.

Appeltaarttrek
De dorpjes waar we de eerste dagen overnachten, zijn klein en relatief rustig. In Banthanti overnachten we in Clean View Lodge, dat eenzaam is gesitueerd op een heuveltop. Naar beide kanten is het een paar uur lopen voordat je de eerstvolgende nederzetting bereikt. We genieten van de ondergaande zon over de bossen onder ons. Een hele groep apen zoekt zich een weg over de rotswand boven onze kamers. De pieken van de Annapurna South en de Machhapuchhare verschieten snel van kleur. Eerst knaloranje, dan paars en tenslotte baden ze in het maanlicht. Er is geen electra en als je wilt douchen maken ze een emmer heet water voor je klaar. 'Ze', zijn broer en zus. Samen runnen ze hun guesthouse en doen alle mogelijke moeite om het ons naar de zin te maken. Ze zijn allebij nog heel jong en vinden het heerlijk om met ons te praten. Dat is wederzijds want ze vertellen ons van de corrupte regering, het nog corruptere ACAP (stichting die het Annapurna natuurgebied beheert), het hindufeest dat morgen is, waarbij de broer de zus geld moet geven en daar een tikha voor terugkrijgt (schildering op het voorhoofd) en tenslotte het verhaal van de vermoorde Belgische toerist in de bossen van Banthanti. Dat laatste verhaal verontrust ons, evenals het lapje dat broerlief tijdens het praten en zijn voortdurende hoesten voor zijn mond houdt. Geval van open tbc? Ze bakken speciaal voor ons een appeltaart op het houtvuur. Want wat is de appeltaarttrek zonder appeltaart!

Weerzien met de Kali Gandaki
Als we 's ochtens om 5 uur in de ijzige kou op Poon Hill (3200 meter) staan te wachten op de zonsopgang zien we van uit het dal steeds meer lichtjes aan komen wiebelen in het donker. Tegen de tijd dat het licht wordt, hebben zich zo'n 300 man verzameld op Poon Hill. Jammer van dat massatoerisme en de zonsopgang over de Annapurna is niet eens zo spectaculair als onze privé zonsondergang in Banthanti. Toch was de beklimming van Poon Hill voor ons de moeite waard. Toen we daar met z'n vieren naar de sterren zaten te kijken en er verder nog niemand was, was dat toch wel bijzonder. Het tochtje naar Poon Hill vormt slechts het begin van deze dag. Even 300 meter omhoog is niets vergeleken met de 2000 meter die we vervolgens moeten gaan dalen. In het begin voel ik me net een berggeitje. Ik heb goede benen vandaag en tjoep tjoep, daar ga ik soepel de berg af. In de loop van de dag gaat het echter steeds minder soepel. Deze dag wordt gekenmerkt door een nimmer afnemende afdaling, de enorme blaren van Kim en de Kali Gandaki rivier die steeds beter in zicht komt, maar toch niet helemaal. Pas als we de brug over onze rivier oversteken, weten we dat we bijna in Tadopani zijn.

Nog meer appels
In Tadopani gaat het helemaal mis. De hotsprings zijn heerlijk warm, er is een prachtig strandje naast de rivier en het eten is heerlijk. Wie denkt er nu nog aan wandelen. Terwijl ik lig te bakken in het zonnetje op het rivierstrand, kan ik met een schuin oog de witte top van de Annapurna zien liggen. Dat is het enige teken dat doet denken aan een trekking. Na twee dagen luieren en heel veel taart eten, gaan we verder. We kampen nog steeds met allemaal met stijve kuiten dus het gaat niet bepaald vanzelf. We hebben een prachtig uitzicht op de gletsjer van de Dhaulaghiri en zien veel watervallen, maar we moeten ook weer omhoog. Veel landverschuivingen maken het lopen niet makelijker, soms is zelfs een brug niet meer bereikbaar en moeten we door de rivier. Maar over het algemeen is het pad redelijk gebaand. Het bos gaat na Lete over naar een naaldwoud en even later zijn er bijna geen bomen meer. Langzaam wordt het landschap kaler.

De rivierbedding van de Kali Gandaki is nu zo breed, dat we met één keer pootje baden door de bedding naar Larjung kunnen lopen. De dorpjes zijn inmiddels geheel Tibettaans van uitstraling geworden. Aan alles is het duidelijk dat we de hoogvlakte gaan naderen. Behalve de al favoriete appeltaart met warme custard komen er nu ook gedroogde appeltjes op het menu. Heerlijk om van te knabbelen onderweg en een stuk gezonder dan een Snickers. Met de dag worden dit soort producten duurder. Inmiddels betalen we ruim het dubbele van wat een Snickers thuis kost, maar onderweg heb je nu eenmaal krachtvoer nodig. Bovendien wordt alles hier met spierkracht naar boven gedragen, vandaar dat de prijs toeneemt. Dragers hebben nekken als stieren, ze tillen de zware manden namelijk door middel van een touw over hun hoofd, waardoor het gewicht op hun steunt. Ze dragen manden vol cola, volle en lege bierflessen, maar ook sjouwen ze met hele ovens op hun rug de bergen door.

Tibettaanse plateau
Hoewel we normaal veel langzamer lopen dan de op de kaart aangegeven uren, liggen we de laatste dagen behoorlijk op snelheid. Daardoor komen we eerder dan verwacht in Jomsom aan. We besluiten de volgende dag nog even op en neer te lopen naar Kagbeni. Daar vlakbij ontspringt onze geliefde en soms gehate Kali Gandaki. Het is de meest noordelijke plaats in Nepal waar je zonder aparte permit heen mag. Het lijkt wel of we weer terug zijn in Tibet. De vierkante huizen van klei met hout op het dak, snuivende Yaks en een Potalarood geverfd klooster. Zo ver als je kunt kijken zijn er kronkelende riviertjes, grijze bergen en witte toppen. Dat even heen en weer valt zwaar tegen. Op de terugweg hebben we de beruchte wind tegen.

Elke ochtend om 11 uur begint deze zeer krachtige wind te waaien. Het achterliggende Tibettaanse plateau is dan opgewarmd en dat vormt een zuigende kracht die de wind doet wegwaaien uit het rivierdal van de Kali Gandaki. Als nomaden in de woestijn, happen we wind en stof. Uitgeput komen we laat weer in Jomsom terug. Vanuit Jomsom vliegen we terug naar Pokhara. Een meer dan waardige afsluiting van deze trekking. We lopen vanuit ons hotel naar het vliegveld. Het minivliegtuigje vliegt letterlijk tussen de bergen, in het rivierdal. De bergtoppen komen boven ons uit en we zien de Dhaulaghiri gletser nu op ooghoogte. Beneden kunnen we de plaatsen zien liggen waar we de afgelopen dagen hebben gelopen. Onder ons kronkelt de Kali Gandaki richting de opgaande zon. Geweldig.

top

home  mail  inspirerend  kenmerkend  beeldbepalend  grensverleggend